Het is lang geleden dat ik in een rij heb gestaan. En ook nog eens met mijn paspoort in de hand dat ik al een paar jaar niet meer heb vastgehouden. Plus allerlei andere belangrijke papieren die ik niet kwijt mag raken. Ik waan me op een luchthaven, net voor de allerlaatste formele controles. Het moment waarop je bijna in een vliegtuig kunt stappen, een nieuwe reis mag maken. Alleen bevind ik mij niet op Schiphol, maar in een ijshal.
Afgelopen winter wilde ik hier schaatsen, maar ja: corona.
Op deze zonnige zondagavond sta ik toch op de – inmiddels ijsvrijgemaakte – ijsvloer. En opnieuw is corona de reden. Terwijl ik wacht, moet ik denken aan de spotjes op televisie, met de boodschap: "Het is ons gelukt. Doordat hij zich vaccineert, kunnen we weer naar het terras." Ondertussen zijn de mensen in de zorg al meer dan anderhalf jaar bezig om alles draaiende te houden onder zeer uitzonderlijke omstandigheden. Mensen die telkens boven hun macht aan het werk zijn. Ook moet ik denken aan de statistieken: harde getallen waarachter veel leed schuilgaat.
De vriendelijke medewerkers spreken mij telkens aan met: "Janssen?" Best grappig voor iemand die De Vries heet, maar vandaag klopt het. Hoewel later bekend zal worden dat jongeren alleen nog maar Pfizer of Moderna gaan krijgen, prijs ik mezelf gelukkig met het Janssen-vaccin. Ik ben binnen een dag aan de beurt en hoef mezelf maar één keer te laten prikken (super, want ik ben geen fan van naalden). Een eerste en grote stap, richting een normaal leven.
Alhoewel, wat is 'normaal'?
Een verre reis maken is nog niet aan de orde. En áls het wel weer zou kunnen zonder maatregelen, is het vliegtuig dan wel een logische keuze? Voor de mensen die in de buurt van Schiphol wonen, gaat het nieuwe 'oude normaal' ongetwijfeld raar aanvoelen, na een periode waarin er bijna geen vliegtuigen over hun huis vlogen. Is het eigenlijk nodig om urenlang in een vliegtuig te zitten? Dat is iets wat ik zelf, tot mijn grote (vlieg)schaamte, ook weleens heb gedaan, ver vóór corona. Azië blijft fantastisch, maar dichtbij huis valt er ook genoeg te ontdekken. Bijvoorbeeld een specht die, in de natuur vlakbij de ijshal, een gaatje in de boomstam heeft geprikt en achter dat gat een heel leven aan het opbouwen is.
En hoe moet het eigenlijk verder met de wereld? Ik sta hier nu wel in de rij voor mijn prik, maar corona is nog lang niet verdwenen. Ik weet dat ik voorlopig Nederland niet ga verlaten. En tóch is mijn enige en belangrijkste vraag aan de GGD: "Gaan jullie dit ook aftekenen in mijn gele boekje* ?" Alsof ik morgen bij een Cambodjaanse of andere verweggistan-grensovergang sta. Terwijl ik eigenlijk bedenk dat Duitsland al erg mooi zou kunnen zijn als verre buitenland-reis – ze schijnen het gele boekje te accepteren als bewijs – maar zelfs Duitsland heeft code oranje.
De prik is verrassend snel gezet: een kleine stap voor mevrouw De Vries en hopelijk een grote sprong om corona achter ons te laten. Hulde aan de GGD en de mensen die dit mogelijk hebben gemaakt. In deze geoliede machine ben ik vooral zelf de vertragende factor; gewoon, omdat ik niet zo handig ben. Bijna gooi ik mijn vaccinatie-bevestiging weg die zojuist uit de printer is gerold ('Belangrijk document, want die is nodig voor de app'). En ik laat mijn paspoort vallen.
Mijn paspoort valt open bij mijn Cambodja-visum van vier jaar geleden. Is dat een teken?
De volgende dag gaan we met de fiets 'op reis'. Ik hoor een vreemd geluid, als een machine die aan het razen is. "Dat klinkt onheilspellend," zeg ik tegen René: "Zo'n indringend en onheilspellend geluid. Alsof het gromt." Hij antwoordt: "Dat is een vliegtuig."
Van Groningen naar Appingedam en weer terug; voorlopig is dat ver genoeg voor mij.
Doei gas, tot ziens in het museum!
15 december 2023Gedemonstreerd voor Groningen! En nu?
24 januari 2022© 2006 - Ingrid de Vries